Het belang van een goede bodem wordt vaak onderschat. Wanneer een tuin aangelegd wordt, ligt de focus op de beplanting, gazon zaaien of grasrollen uitleggen. Nadien is het echter moeilijk om de bodem te verbeteren. Een goede bodem is belangrijk zodat de planten zich goed voelen, optimaal voedingsstoffen kunnen opnemen en dus goed kunnen groeien.
Om een goede bodem te bepalen, zijn drie elementen van belang: de zuurtegraad, de bodemstructuur en de voeding die de bodem bevat.
De zuurtegraad
De zuurtegraad wordt ook pH-waarde genoemd. De zuurtegraad ligt altijd tussen 0 en 14. Een pH-waarde van 0 is zeer zuur, een waarde 14 is basisch. Het cijfer 7 geeft een neutrale bodem aan. De meeste bodems hebben een zuurtegraad tussen de 5 en 8.
De natuurlijke zuurtegraad is onder andere afhankelijk van waar je woont : in sommige gebieden is er meer kalk (calcium) aanwezig in de bodem en zal de pH-waarde hoog zijn. Door allerlei natuurlijke invloeden kan de zuurtegraad veranderen. Denk maar aan zure regens, maar ook plantenwortels doen de bodem verzuren wanneer ze voedingsstoffen opnemen. Wanneer een plant in een bodem staat die een foute zuurtegraad heeft, kan hij moeilijk voedingsstoffen opnemen. De plant gaat slecht groeien en krijgt een gele kleur. Best doe je elke drie jaar een bodemanalyse om de zuurtegraad te meten en eventueel bij te sturen.
De bodemstructuur
Bodems zijn opgebouwd uit zand, leem en/of klei. Ze kunnen puur uit één van deze drie bestaan, of een combinatie ervan. De beste bodems bestaan uit een goede mix van zand, leem en klei. In het noorden van Vlaanderen komen de meeste zandgronden voor. In Limburg en ook een gedeelte van Vlaams-Brabant vind je leembodems. In het midden van Vlaanderen zien we grotendeels een mengsel van zand en leem. Kleibodems vind je tenslotte in de polders en nabij rivieren en waterlopen. Uiteraard is dit maar algemeen en zijn er ook plaatselijk veel verschillen mogelijk.
Een bodem is niet steriel, hij zit vol bodemleven. Bacteriën, schimmels, insecten … helpen de bodem in topconditie te houden. Ze breken organisch materiaal af tot humus die de bodemconditie verbetert.
Vervolgens is ook het organische stofgehalte belangrijk. Organische stof is een verzamelnaam voor afgestorven micro-organismen, planten en dieren. Denk aan gevallen bladeren, afgestorven plantenwortels. Bodems met veel organische stof zijn meestal donker van kleur. Door deze kleur gaan ze sneller opwarmen in de lente en zullen planten sneller kiemen in vergelijking met een bodem die arm is aan organische stof.
Voeding
Een aangepaste voeding is noodzakelijk voor een goede plantengroei. Wanneer niet alle voedingselementen aanwezig zijn, gaan planten gebreksverschijnselen tonen. Door de juiste bemesting zullen planten optimaal kunnen groeien en ontwikkelen. Ook voor de moestuin is een aangepaste voeding van groot belang: geef je wortelgewassen alleen maar stikstof, dan gaat alleen de bladgroei gestimuleerd worden en worden er geen wortels gevormd. Fosfor is dan weer nodig voor een goede wortelontwikkeling, en kalium zorgt voor sterke plantencellen.