De eerste vorst roept onherroepelijk een halt toe aan de tomaten, paprika’s, pepers, komkommers en alle andere warmteminnende groenten die nog in je serre staan. Als je de tomaten al niet eerder uit de serre hebt gehaald dan is het nu echt wel het moment. Tomaten eruit en nieuw groen erin, want ook in de winter en in het voorjaar kan er hier heel wat geoogst worden. Het zou zonde zijn om nu de deur achter je dicht te trekken!

Het begint allemaal met schoon schip maken, ik zal je eens vertellen hoe dat aangepakt worden ten huize Zsazsa!

 

Stap 1:

Trek alle tomaten-, en andere planten uit de grond, schud de grond eraf en knip ze in zo klein mogelijke stukken (grootte afhankelijk van de hoeveelheid tijd die je wenst knippend door te brengen) en breng ze met de kruiwagen naar de composthoop.
Hark de onverteerde bovenste laag bij elkaar en breng ook dit naar de composthoop. (Heb je nog tijd over dan kan je lasagnegewijs met wat vers grasmaaisel –moest dat nog voor handen zijn- een nieuwe composthoop opzetten.) De laag hieronder is fijner organisch materiaal dat zo goed als volledig gecomposteerd is, ideaal om de groentebedden buiten mee te verrijken. Verdeel het over de bedden waar volgend jaar de kolen, bladgewassen en vruchtgewassen staan en geef de savooi-, blad- en spruitkolen ook een extra portie om de winter goed gevoed in te gaan.

Zo, de serre is leeg én de moestuin gevoed!

 

Stap 2:

Als je net als ik maar weinig water geeft is de grond in de serre aan de droge kant om niet te zeggen kurkdroog. Geef voor je de serre weer inzaait voldoende water. Voldoende water dat is in dit geval heel, heel veel water.
Buiten, aan de vier hoeken van de serre vang ik in grote vaten het regenwater op, deze tonnen worden nu volledig leeggemaakt in de serre. Door de overvloedige watergift wordt ook het zout weggespoeld dat door gebrek aan regen zich anders zou kunnen opstapelen in de serregrond.

 

Stap 3:

Een paar dagen later, wanneer al het water grotendeels in de bodem is verdwenen maak je de grond flink los met een (woel)riek, juist nog alles egaal harken en dan kan er eindelijk van start gegaan worden! Rucola, mosterdblad, radijsjes, sla, spinazie, erwten, tuinbonen, koriander, raapsteeltjes, dille, veldsla, kervel, winterpostelein, tuinkers, …

 

Vul een paar emmers met potgrond en zaai hierin worteltjes, dichter dan dat je ze buiten zou zaaien, in maart of april kan je hier van oogsten. Ben je vooruitziend geweest en heb je peterselie, bloemkolen, bietjes, snijselder, venkel en sla gezaaid dan kan je deze plantjes nu een plekje geven. Maar je kan evenzeer wat planten van buiten naar binnen halen, neem genoeg aarde mee rond de planten weg en verhuis snijbiet, peterselie en snijselder richting serre. De blaadjes en andere groenten zullen snel kiemen, maar in koude winters wat stilstaan. Van het moment dat het wat warmer wordt in het voorjaar schieten ze weer terug in gang zodat er al snel te oogsten valt uit de serre.

 

Heb je heel veel plaats dan kan je een gedeelte in zaaien met groenbemesters zoals bv phacelia, rogge of bernagie.

Kies elk jaar een ander gedeelte om hiermee in te zaaien en breng in het voorjaar de resten naar de composthoop of spit ze in.